Interieurstylist Liza Chloë van Duyn woont in hartje Amsterdam, waar ze Moederdag viert met haar vriend Dennis en driejarige zoontje Mees. Ze omringt zich graag met schoonheid: haar pas gerenoveerde huis, vintage designschatten en natuurlijk haar Veloretti Electric Ivy Two.
Je hebt het interieur van jullie nieuwe huis zelf vormgegeven. Hoe beschrijf je jouw stijl?
‘Je zou mijn stijl ‘mid century inspired’ kunnen noemen, met klassieke elementen, een natuurlijk kleurenpalet en veel grafische en sculpturale vormen. Ik ben vooral erg blij met onze keuken, die ik zelf ontworpen heb in de stijl van ontwerpers Charlotte Perriand en Jean Prouvé. Hij is gemaakt van hout en roestvrijstaal, en de bar contrasteert door z’n organische vorm mooi met de strakke lijnen van het aanrecht. Veel keukens lijken op elkaar, maar ik wilde liever een eigen stijl vinden, die vooral tijdloos is en past bij ons zeventiende-eeuwse huis. De kastjes zijn asymmetrisch en het geheel voelt niet aan als een bij elkaar passende set, maar eerder als een puzzel. Als we ooit iets moeten vervangen, kunnen we moeiteloos een ander soort kastje plaatsen, zonder dat dat misstaat.’
Wat is je advies voor iemand die van plan is te gaan verbouwen?
‘Ga uit van tegenslagen! Bij ons was de keuken al gemaakt en de badkamer besteld, toen de aannemer ontdekte dat de constructie van het huis op instorten stond. Van een vrij simpele verbouwing, zaten we ineens middenin een complete renovatie. Overal moesten vergunningen voor komen, alles kostte zeeën extra tijd. Mijn advies is dus: verkoop je oude huis niet te snel, want de kans is groot dat het allemaal langer duurt dan je denkt.’
Waar komt je liefde voor kunst en design vandaan?
‘Mijn ouders zijn kunstverzamelaars, dus ik groeide op tussen de kunstschatten. De vakanties draaiden altijd om kunstbeurzen en exposities. En mijn moeder, die kunsthistorica is, hield hele lezingen als we een museum bezochten. Als kind vond ik dat natuurlijk stom, maar nu realiseer ik me wat een schat aan informatie ik op die manier voorgeschoteld heb gekregen. Dat ikzelf mode ging studeren, was best een beetje gek in mijn familie. Toch heeft die studie me veel gebracht. Ik heb daardoor verstand van textiel en kleurgebruik, waar ik nog steeds veel aan heb. Twee jaar geleden besloot ik me te richten op interieurstyling en ik heb daar nog geen moment spijt van gehad.’
Je hebt je het vak zelf eigen gemaakt. Heb je weleens last van ‘imposter syndrome’ en hoe ga je daarmee om?
‘Ik denk dat iedereen dat gevoel wel kent: wat nou als straks iedereen doorkrijgt dat ik maar wat doe? Maar weet je, iedereen doet maar wat. Het mooie van deze tijd is nu juist dat je alles kunt doen wat je maar wilt. Ik ben niet bang om vragen te stellen en het toe te geven als ik iets niet weet. En ik geloof in nederigheid en niet meteen te hoog van de toren blazen.’
Jullie wonen in hartje Amsterdam. Wat vind je fijn aan wonen in de stad?
‘Ik wilde met het stichten van een gezin niet alles opgeven wat ik zélf leuk vind. Musea, galeries, winkeltjes – Amsterdam heeft op cultureel vlak zo veel te bieden. Dennis en ik genieten daar enorm van. Het voelt soms egoïstisch om mijn kind op te laten groeien in de stad. Maar als ik dan zie hoe de ogen van Mees gaan glanzen als we naar het café gaan, weet ik dat ik me geen zorgen hoef te maken. Hij vindt de stad te gek.’
Hoe ziet een perfecte Moederdag er voor jou uit?
‘Dan staan we lekker vroeg op en bakt Dennis eitjes of pannenkoeken. We ontbijten met z’n drieën en stappen dan op onze Veloretti’s richting de Noordermarkt. Daar halen we boodschappen voor de hele week: groenten, eieren, biologisch vlees en twee grote bossen bloemen. Dan drinken we ergens koffie en fietsen nog even naar de speeltuin aan de Lindengracht, waar Mees lekker kan rondrijden op zijn Veloretti Mini-loopfiets. Daarna naar huis, waar Dennis alvast een stoofpot in elkaar draait en ik er op de elektrische fiets tussenuit piep, voor een bezoekje aan boekhandel Athenaeum. ’s Avonds trekken we een fles wijn open, kijken hopelijk een mooie docu en dan lekker vroeg naar bed.’
Hoe gebruik je je Veloretti Electric Ivy Two het liefst?
‘Het is superfijn om op mijn elektrische fiets langere tochten te kunnen maken, naar mijn beste vriendin die in Noord woont, bijvoorbeeld. Hopelijk kom ik dan eindelijk eens op tijd, want ik ben een slechte planner, maar op de elektrische fiets haal ik die verloren minuten makkelijk weer in. Wat ik stiekem ook heel fijn vind, is dat ik ervoor heb gekozen om geen kinderzitje op mijn Electric Ivy Two te zetten. Het is dus echt mijn fiets, waarmee ik lekker door de stad zoef. Dat voelt als me time.’
Hoe gebruikt Mees zijn nieuwe Veloretti Maxi?
‘Na de Veloretti Mini-loopfiets is dit zijn eerste ‘echte’ fiets! Best spannend dus. Mijn ouders wonen in het groen en daar wil ik Mees veilig leren fietsen. Liefst meteen zonder zijwielen en dan samen de hort op. Natuurlijk eerst kleine stukjes en hopelijk later ook op de fiets samen naar school. Maar dat duurt nog even hoor!’
Hoe combineer je een huis vol designschatten met het gezinsleven?
‘We hebben Mees geleerd: sommige dingen in huis zijn kunst en kunst mag je niet aanraken. Dat werkt, vooralsnog. Maar tegelijkertijd vind ik dat je in een huis moet kunnen leven. Mees heeft al op de muren getekend en in de houten vloer gekrast. En we hebben een oude bank waaraan je goed kunt zien dat we twee katten hebben. Ach, ik laat het. Het is als met een dure leren tas waar een eerste kras op komt: het doet even pijn, maar daarna ga je door met je leven.’
Wat is je dierbaarste vintage vondst?
‘Een wandlampje dat ik vond op een rommelmarkt in Parijs, een soort sculptuur aan de muur. Ik heb geen idee wie de maker is, maar dat vind ik nu juist zo leuk.’
Wat is je ultieme interieuradvies?
‘Kill your darlings, want juist een vrij lege ruimte kan heel mooi zijn. En durf! Durf af te stappen van beige, durf te kiezen voor textuur, contrast en kleur.’
Hoe houd je je relatie romantisch na het krijgen van een kind?
‘Haha, ik vind onze relatie juist heel romantisch nu we ouders zijn! We zijn extra dol op elkaar omdat we samen zo’n leuk kind delen.’
Het leukste om te doen met kinderen op een lome zomerdag?
‘Een bezoekje aan de tuinen van het Rijksmuseum. We fietsen erheen, spelen in de fontein en doen mee aan de tekenworkshops. Een heerlijke plek middenin het centrum.’